Meer gedegen taalles en op Oekraïners afgestemde opvang (vervolg van pag. ‘Kort nieuws’)
Breng ongevallen met (wilde) dieren in kaart
De Oekraïense Yulya (49), moeder van vijf kinderen, raakte in Nederland bevriend met een buurvrouw, doet inmiddels vrijwilligerswerk in Het Hogeland, waar ze woont, en neemt deel aan activiteiten in haar dorp. Sofiya (38), kwam door de perifere ligging van Pekela, en de overvolle opvang, niet toe aan het sluiten van waardevolle vriendschappen.
Onder de Oekraïense vluchtelingen in Nederland woont een aanzienlijk deel in perifere gebieden, gebieden die kampen met ontvolking, het wegtrekken van bewoners naar bijvoorbeeld de stad. Zodoende hebben bijvoorbeeld dorpen in de Groningse gemeenten Het Hogeland en Pekela ruimte om nieuwe bewoners op te vangen, is het idee, en zo geschiedde. In zijn onderzoek verkent J. Tesorio van de Universiteit Utrecht hoe het vluchtelingen in afgelegen gebieden vergaat. Ofwel welke factoren vergemakkelijken en welke belemmeren ontmoetingen, om zich ergens thuis te voelen?
In Nederland verblijven ongeveer 117.000 Oekraïense vluchtelingen (UNHCR, 2024). Krimpgebieden zijn in heel Europa te vinden (zie Zoomers, 2022, voor een overzicht). Vluchtelingen kunnen bijdragen aan revitalisering omdat ze meestal jong zijn en lacunes op de arbeidsmarkt kunnen opvullen (Alonso-Pardo et al., 2023), en soms met kinderen komen, die schoolklassen kunnen aanvullen. Kortom, er is meer ruimte voor opvang van vluchtelingen en daaraan hebben de gemeenten dan ook bijgedragen.
In Het Hogeland wonen ongeveer 200 Oekraïners, vaak in sociale huurwoningen. Aanvankelijk sloopwoningen maar mede met de hulp van buren weer bewoonbaar gemaakt. In de voormalig veenkolonie Pekela, een van de armste gemeenten van Nederland, wonen 250 vluchtelingen, veelal in voormalige bejaardentehuizen of leegstaande gebouwen.
Met behulp van interviews met de nieuwe bewoners onderzocht Tesorio hoe de plaatsing in de dorpen verliep, of er vriendschappen, gezelligheid en/of een netwerk ontstond. Dat gaf een positief maar ook een minder positief beeld. Yulya (49) moeder van vijf kinderen, raakte bevriend met een buurvrouw, doet inmiddels vrijwilligerswerk, en neemt deel aan dorpsactiviteiten. Adriana (54), Ekatarina (52) en Nikolina (53) zijn in mei 2022 aangekomen, vanuit uit het oostelijke deel van Oekraïne, hoogopgeleid, met leidinggevende posities in grote organisaties in eigen land. Zij organiseren nu onder meer een burendag, en nemen deel aan allerlei dorpsactiviteiten. Voor anderen leverde werken in de plaatselijke supermarkt of in de nabijgelegen koekjesfabriek, vriendschappen met collega´s op. Dit geldt ook voor wie (vrijwilligers)werk in een zorginstelling kreeg. Soms volgden er uitnodigingen om bij mensen thuis op bezoek te komen. Er ontstonden ook contacten met Poolse en andere Oost-Europese werknemers. Alyona (42), die als vrijwillige assistent-lerares werkt op een taalschool in een aangrenzend, groter dorp, heeft vriendschappen kunnen opbouwen, zowel binnen als buiten de school. Ze gebruikte haar vrijwilligerspositie en netwerk om online bij te leren, waardoor ze in aanmerking komt voor een fulltime baan.
Soms faciliteert een gemeentelijke organisatie taallessen voor Oekraïners en een voedselfestival, fotografieworkshop en -tentoonstelling, en recreatieve activiteiten voor kinderen. Zo ontstonden sociale netwerken en vriendschappen. Maar niet altijd. Respondenten in het onderzoek uitten hun bezorgdheid dat hun beperkte Nederlands hun kansen op vooruitgang belemmert. Toegang tot taallessen is van cruciaal belang voor het plaatsingsproces in perifere gebieden, meer dan in stedelijke gebieden waar de bevolking meer divers is, constateert de onderzoeker.
Voor niet alle Oekraïense vluchtelingen is gemakkelijk om vriendschappen te sluiten. Sofiya (38), in een slaapzaal woonachtig, kwam door de afgelegen ligging van haar woonplek, en de overvolle opvang, nog niet toe aan het sluiten van vriendschappen. Schoonmaakwerk, gedaan door veel vluchtelingen, blijkt evenmin een opmaat naar gezelligheid.
Het ad-hoc karakter van taalcursussen belemmert de opbouw van een sociaal netwerk. Er moet opnieuw worden nagedacht, niet alleen over het aanbieden van degelijke taalcursussen, maar ook over de omgang met het feit dat de aanwezigheid van Oekraïense vluchtelingen tijdelijk is. Lokale welkomstinitiatieven onder leiding van vrijwilligers moeten duurzame financiële steun krijgen, want bieden waardevolle informatie, steun en aanmoediging. Partnerschappen tussen hen, andere door migranten geleide organisaties, en lokale overheden zijn cruciaal om de beoogde effecten van de plaatsing van Oekraïense vluchtelingen te maximaliseren, aldus de onderzoeker.
Onlangs kreeg de provincie Friesland het verbod opgelegd, damherten af te schieten. De noodzaak, dat zij een gevaar vormen voor het verkeer in de omgeving van Heerenveen, was onvoldoende gemotiveerd. Fauna4life en Animal Rights kregen van de rechter gelijk. Rappporten uit zowel Europa, Noord-Amerika als Australië melden desondanks een toename van het aantal ongevallen in het verkeer met wilde dieren. Oorzaken: meer dieren en hoge rijsnelheden. Een waarschuwingsbord langs de kant van de weg is niet meer genoeg. Om botsingen met dieren te voorkomen met dieren, zijn ondertussen heel wat maatregelen in omloop.
Inmiddels zijn proeven gaande met borden met wisselende grafische afbeeldingen en teksten per periode om meer aandacht van de automobilist te garanderen. Het bord, waarop voor overstekende padden wordt gewaarschuwd, alleen te zien in een bepaalde periode van het jaar, is een voorbeeld van zo’n maatregel. Verder zijn er op hectometerpaaltjes langs de wegen rolletjes aangebracht, zodat kerkuilen niet zo dicht langs de weg gaan zitten, maar op verderop in de berm aangebrachte ‘zitpalen’.
Ecopassages over en onder wegen zijn ook prima maatregelen voor allerlei dieren, zoals vossen, dassen, ganzen, egels, eekhoorns en vleermuizen. Mountainbike routes zijn zelfs een deel van het jaar gesloten omdat er veel reptielen werden overreden. Verder zijn langs sommige wegen wildspiegels (paal met spiegel of reflector) en virtuele hekwerken (idem, met sensoren, die beschenen door een koplamp licht- en geluidssignalen afgeven) in wegbermen aangebracht, om dier èn voertuigbestuurder te alarmeren. Tests zijn gaande met de 'virtuele hekwerken' in combinatie met 'gericht afschot' op reeën in de buurt van wegen. Jaarlijks worden meerdere duizenden reeën geregistreerd als slachtoffer van een aanrijding. Doordat de populatie groeit, neemt ook het aantal aanrijdingen toe, aldus stichting het Ree.

Linksboven: Faunagevoelig wegenontwerp (rechts op de afbeelding), net even anders dan traditioneel wegenontwerp (links). Bron: Frontiers, Planning voor faunagevoelig wegenontwerp, Christopher Johnson, e.a. Fontiers, september 2022. Midden: Ideale situatie. Bron: www.Freepik.nl (AI). Rechtsboven: Voorbeeld van in kaart gebrachte verkeersongevallen met (wilde) dieren Verkeersslachtoffers kerkuil in 2016 in Friesland. Inzet toont verbeterde situatie na plaatsing zitpalen. Bron: Eindrapportage Veilig foerageren langs de snelweg dankzij aangepaste hectometerpaaltjes, J. de Jong,
Rechtsonder: Eigenlijk de ideale situatie. Bron: www.Freepik.nl (met AI).
TIPS veiligheid mens en (wild) dier onderweg



Bronnen: Verkeerswinkel, Informatiebord.nl, Taffic Safety systems, www.Freepik.nl
Verder zijn er touwladders ontworpen, waarover dassen, eekhoorns, en andere dieren de snelweg bovenlangs kunnen oversteken, vastgezet aan bomen of houten palen in berm en middenberm. Ontwerp van wegen heeft op zich ook grote invloed op veiligheid voor dier en voorbijganger, bijvoorbeeld door het zorgen voor een goed uitzicht op de omgeving.
‘Last but not least’ komen er meer mogelijkheden bij om het aantal ongevallen met dieren te verminderen dankzij detectie met rijhulpsystemen. Auto’s worden steeds slimmer. Op een dag zal navigatie met AI gevaren opsporen, automatisch aan de noodrem trekken, en andere weggebruikers waarschuwen voor risico’s ter plaatse.
Zo ver is het nog niet, en een van de meest kansrijke opties, het voorspellen van risico´s, is nog niet optimaal uitgewerkt. Volgens organisaties als de Dierenbescherming en Fauna4you is het in Nederland belangrijk in kaart te brengen welke dieren langs de weg of het spoor leven alsmede ‘hotspots’ van aanrijdingen met wilde dieren. Er is geen centrale registratie van wildaanrijdingen en genomen maatregelen, en dus niet bekend hoeveel wilde dieren er worden aangereden. Dit maakt het moeilijk om actuele cijfers en ‘hotspots’ boven water te krijgen om echt effectief maatregelen te nemen.


- 60 km is de beste snelheid, om het dier te laten ontwijken of zelf te remmen. Een snelheid van 50 km per uur is nog beter!
Bron: Thriving or sinking? The emplacement process of Ukrainian refugees in depopulating, peripheral areas in the Netherlands.Jofelle Tesorio. 05/02/2025, Geographical Journal. Departement Sociale Geografie en Planologie, Universiteit Utrecht.
Hieronder: Pieterburen, gemeente in Het Hogeland. Daaronder: Nieuwe Pekela, voormalige gemeentehuis. Bron: Wikipedia


- Gebruik groot licht als het veilig is en let goed op de zijkanten van de weg - dieren zijn vaak vooruit te zien voordat ze voor een voertuig vluchten. Als het dier nadert, keer dan terug naar normale koplampen om te voorkomen dat ze verblind reken of grillig gedrag veroorzaken.
- Rij niet (te snel) bij zonsopgang en -ondergang, als bepaalde dieren, zoals wilde zwijnen, actief zijn. Veel vogels, hagedissen, slangen en egels bewegen echter overdag, terwijl 's nachts andere zoals kikkers, rondzwerven.
Bronnen: Rijkswaterstaat, Dierenbescherming, Vogelbescherming, Fauna4you, e.a. Klik voor onderzoeksrapporten op blauwe gedeeltes tekst.
Online ´gemeenschap´ is essentieel belang voor baasje vermist huisdier
Behalve de berichten zelf waren ook de interviews met de eigenaren ‘diep doordrenkt van emoties, van hoop en angst tot lijden en vreugde’, aldus de onderzoekers (zie pag. Nieuws). Dat op sociale media er tijdens de zoektocht sprake is van gemeenschapsvorming, en ondersteuning bij het gemis, met soms vriendschappen tot gevolg, bleek een onverwachts positief bijeffect bij alle wanhoop. De baasjes toonden zich verrast door de vele ‘shares’ en ‘likes’, soms vanuit de hele wereld.
Verreweg het meest voorkomende verhaal in de berichten over vermiste huisdieren was van honden als familieleden en geliefden. Een zoektactiek om een verhalende ‘post’ samen te stellen, doordrenkt met emoties vanwege het gemis, met zorgvuldig geselecteerde afbeeldingen en beschrijvingen van bijzondere kwaliteiten. Zo is het afwezige dier toch aanwezig. In de virtuele ruimte wordt de hond of kat "te heet om te hanteren", aldus het onderzoek “Too hot to handle: Making lost and stolen pets present in virtual space’ (zie pag. ‘Nieuws’). Voorbeeld:
Ik ben KOBE. Mag ik u alstublieft vragen mij te helpen? Mijn moeder huilt elke ochtend en avond. Ik heb kleine mensen thuis die van me houden en een grote zus die ik zo mis. Ik weet niet waar ik ben en hoe ik thuis moet komen. Ik woonde in een plaats genaamd Sevenoaks. Als je me ziet, kun je dan tegen mijn moeder zeggen waar ik ben?" (@FindKobe, 19/09/1988).
Of neem de ‘post’ in verband met de vermissing van de hond Scott: “heeft een volle staart en witte snor en baard,” en “is gecastreerd en gechipt.” Dus geen hond om mee te gaan fokken, en traceerbaar. Zo groeit de kans dat de eventuele ‘dieven’ de hond misschien terugbrengen of dat iemand het dier toevallig ergens herkent.
“Huisdieren zijn sociaal, cultureel, emotioneel en economisch steeds meer verweven met mensenlevens. Behalve gezelschap, biedt hun aanwezigheid emotionele en mentale gezondheidsvoordelen,” lichten de onderzoekers toe. De politie houdt zich doorgaans niet met vermiste honden of katten bezig, de bezitters zelf zullen al hun tijd en energie moeten steken in de emotionele zoektocht.
Sociale media gebruiken bij het terugvinden van huisdieren, kan door lid te worden van een facebook groep die zich richt op het vinden van katten en honden in de eigen omgeving. Dit bericht wordt gedeeld en door velen gelezen. Andere leden reageren en er ontstaat contact met lotgenoten in de online community, en door de betrokkenheid ontstaat een gevoel van
Flyer van de post door @scott_find. Bron: 'Too hot to handle: making lost
and stolen pets present in virtual space
hoop en troost. Meestal is de weken- tot jarenlange zoektocht er een vol veerkracht, doorzettingsvermogen en gemeenschapsvorming om al het mogelijke te doen om de kans op hereniging te vergroten, vatten de onderzoekers hun bevindingen samen.
Ik zocht en vond mijn huisdier ook via social media, via de facebook groep ‘Vermiste en gevonden dieren 0341’ (meer dan 5000 leden), waarop ‘toevallig’ een filmpje werd geplaatst van iemand die een onbekende kat in zijn tuin zag en deze eigenlijk zomaar filmde, waarna zijn vrouw zei het filmpje toch maar te ‘posten’ op de plaatselijke facebook pagina voor vermiste dieren. Het bereiken en overtuigen van de groep kostte eventjes maar leidde uiteindelijk toch tot succes!!! Bella kwam terug.
A. de Koningh
Bella: na 3 weken op naburige camping weer thuis na online zoeken

Meer soorten vogels, minder angst- en stemmingsstoornissen (vervolg)
Het onderzoek in het groen in de buurt van huizen dat het aantal soorten dieren en planten erbij betrekt is wat in dit onderzoek nieuw is. De bedoeling is de trends in de resultaten van vogeltellingen en ziekenhuisopnamen voor angst- en stemmingsstoornissen van jaar tot jaar te testen, om te zien of er een blijvend verband is. Op basis van de resultaten van vogeltellingen in de staat Michigan (waar actief wordt deelgenomen aan de vogeltelling) en opnamegegevens tussen 2008 en 2018 werd een significant verband gevonden. Significant, gezien het verwachte vermogen van biodiversiteit om de gezondheid te beïnvloeden.
Door verstedelijking is de mens verder verwijderd geraakt van de natuur, terwijl er bewezen invloed van de natuurlijke omgeving op depressie, angst en stress is. Natuur vergemakkelijk herstel van stress en mentale vermoeidheid, en wekt plezier en ontspanning op, zo is bekend. Dat geldt ook voor vogelgezang. Herstel en behoud van diverse vogelgemeenschappen kan dus een manier zijn om de geestelijke gezondheid in steden te verbeteren.
Bron: Exploring the relationship between bird diversity and anxiety and mood disorder hospitalisation rates, Rachel T. Buxton, Amber L. Pearson, Hsien-Yung Lin, Jonnell C. Sanciangco, Joseph R. Bennett, Afdeling Biologie en Instituut van Milieu en interdisciplinair Wetenschappen, Carleton University, Ottawa, Ontario (Canada)2Afdeling Geografie Milieu- en Ruimtelijke Wetenschappen, Michigan State University, Oost Lansing, Michigan, Verenigde Staten, 07-08-2023 . Geography & & Environment, Juli-dec, jaargang 10, Nummer 2, 2023.
Platentektoniek in de Stille en Atlantische Oceaan (vervolg)
Subductie drijft grotendeels de beweging van tektonische platen aan, met vulkanisme en aardbevingen tot gevolg. Over het ontstaan van nieuwe actieve subductiezones verschillen de meningen. Neem de vulkanische Kleine Antillen boog in het Caribisch gebied.
Een onderzoeksteam heeft onlangs modellen ontwikkeld om wat in het Caribisch gebied gebeurde in het Krijt te simuleren. Subductie in de Stille Oceaan leidde er tot een nieuwe subductiezone in de Atlantische Oceaan. Computersimulaties tonen hoe de botsing van het oude Caribische plateau (het stabiele deel van de Caribische plaat) tegen de Grote Antillenboog bijdroeg aan het ontstaan van een nieuwe subductiezone. Dat ontketende zo'n 86 miljoen jaar geleden een grote mantelstroom en een groot stuk uit magma bestaand gesteente op de Caribische plaat.
De geofysici Dr. Nicolas Riel en professor Boris Kaus van de Johannes Gutenberg Universiteit Mainz (JGU) en onderzoekers van de Universidade de Lisboa (ULisboa) ontwierpen de simulatie.
Bron: Science Daily, 19-4-2023
Subductie-initiatie triggerde Caribisch grote stollingsoppervlakte. Natuurcommunicatie, 2023; 14 (1) DOI: 10.1038/s41467-023-36419-

Toelichting: Momenteel wordt het Caribische plateau begrensd door de oostwaartse subductie van de Cocosplaat naar het westen en de westwaartse subductie van de Atlantische plaat onder de boog van de Kleine Antillen naar het oosten. In het noorden wordt het Caribische plateau gescheiden van de Noord-Amerikaanse plaat door een lithosferische transformatiebreukzone en in het zuiden ondermijnt het Caribische plateau de continentale Zuid-Amerikaanse plaat.
Ordnance Survey wil kaartsymbolen moderniseren (vervolg)
Eerder, in 2015, nodigden de kaartenmakers het publiek al uit om met ideeën voor nieuwe symbolen te komen. Sindsdien staan zonneparken, kunstgaleries, skatepleinen, plekken voor kitesurfers en openbare toiletten op de wegenkaarten van OS.
Boven: Winnende symbolen in 2015 (v.l.n.r. voor oplaadpunt elektrische auto, kunstgalerie, skateboardparken, toiletten en windsurfplekken). Bron: Ordnance Survey.co.uk.
Daaronder: Twee kaarten met enkele van de nieuwe symbolen zoals die vanaf 2016 op de wegenkaarten zijn verschenen. Bron: Ordnance Survey.co.uk.





Feedbackloop. Bron: Making the middle class city
'Making the middle-class City' (vervolg)
De sociaal geografen concluderen dat sociale, ruimtelijke en politieke veranderingen elkaar zijn gaan versterken in ´feedbackloops´. ‘Niet alleen het beleid maar ook de ideologie van het lokale bestuur verandert. Gentrification in Amsterdam beïnvloedt en gentrificeert het politieke landschap: politici en beleidsmakers vertegenwoordigen in toenemende mate de belangen van de middenklassen en bouwen een stad die veel meer openstaat voor hoogopgeleide, welgestelde burgers dan voor de werkende klassen.’
Boterman en Van Gent stellen dat de sociaalpolitieke cyclus van stadsverandering die als motor van stedelijke verandering heeft gefungeerd, in de toekomst vormend zal blijven voor steden als Amsterdam. ‘Stedelijke transformatie is een doorlopend proces. De middenklassenstad zoals we die in ons boek hebben besproken, is niet de telos, het einddoel van zijn geschiedenis. De stedelijke politiek die in Amsterdam tussen de jaren 1980 en de jaren 2010 tot ontwikkeling is gekomen, zal de stad blijven vormen.’
Bron: Boekpresentatie 'Making the middle-class City', W. Boterman en W. van Gent, 4-4-2023, Pakhuis de Zwijger, www.uva.nl, www.geografie.nl, e.a.
Japan betaalt gezinnen die Tokio verlaten
De Japanse regering betaalt per april 2023 gezinnen 1 miljoen yen (ongeveer 7000 euro) per kind tot 18 jaar, mits ze nog schoolgaand zijn, als ze naar dunbevolkte gebieden in het land verhuizen. Een gezin kan maximaal 30.000 euro krijgen en zal minstens vijf jaar moeten blijven wonen op het nieuwe adres.
Zo´n prikkel om te verhuizen bestaat al sinds 2019, maar het bedrag is nu verhoogd met $ 5.430 yen. Het gezin moet minstens 5 jaar in de provincie blijven wonen, anders moet het bedrag terugbetaald worden aan de overheid.
Het verruilen van de overvolle hoofdstad voor een plattelandsgemeente heeft als doel nieuw leven te blazen in landelijke gebieden en het dalende geboortecijfer te verhogen.
Achtergrond
In 2022 was bijna 15% van de Japanners ouder dan 75 jaar, iets meer dan in Nederland (12%). Japan kampt echter sterker met het probleem van een verouderende bevolking. Er is sprake van een lager geboortecijfer dan in Nederland (resp. in 2020 7,23 en 10,96 ‰), omdat, in tegenstelling tot in Nederland, de jongste leeftijdsklassen blijven krimpen. Het Japanse geboortecijfer daalde in 2022 voor het zevende achtereenvolgende jaar tot een laagterecord.
Globalisering en verstedelijking hebben in de 21e eeuw de voordelen van een verouderende bevolking (ervaring, kennis, rijkdom en veel vrijwilligers) in het land van de rijzende zon teniet gedaan.
In de 20e eeuw had Japan in het oosten van Azië nog een leidinggevende positie. In 1974 zakte het vruchtbaarheidscijfer (het gemiddelde aantal kinderen dat een vrouw tijdens haar leven krijgt) onder het zogeheten ‘vervangingsniveau’ waarbij op elke 2 geboortes er 1 overlijdensgeval is. Het cijfer bleef ook daarna dalen en in 2008 was Japan het eerste land met een bevolkingsdaling in vredestijd.
Het vruchtbaarheidscijfer daalde in 1922 tot 1,2565 kinderen gemiddeld per vrouw. Dat is vergelijkbaar met het vorige dieptepunt van 1,2601 in 2005 en ligt ver onder het cijfer van 2,07 dat nodig wordt geacht om een stabiele bevolking te behouden.
Het aantal pasgeborenen in Japan daalde vorig jaar tot 770.747, een nieuw dieptepunt, terwijl het aantal sterfgevallen met 9% steeg tot een record van 1,57 miljoen, zo blijkt uit de gegevens. Een deel hiervan werd veroorzaakt door het coronavirus.
Daarentegen groeit de bevolking van Tokio maar door. De metropool telt naar schatting zo’n 37 miljoen inwoners. Dat betekent dat een derde van de ongeveer 126 miljoen Japanners er woont. Elders worstelen honderden stadjes en dorpen met de uitstroom van inwoners en voorzieningen.
Strategie
In de dunbevolkte streken is hoegenaamd geen personeel te vinden en bedrijven gaan failliet, terwijl Tokio juist een magneet is voor bewoners van elders en economische activiteiten. Daarom is er nu het streven om 10.000 inwoners tegen 2027 te hebben herplaatst naar landelijke gebieden. Een unieke overheidsingreep om de bevolkingsafname daar te keren en in stedelijke gebied te stimuleren. De overheid hoopt uiteindelijk dat de toestroom van jongeren, grotere gezinnen en nieuwe ondernemers de afgelegen gebieden zal doen herleven. Bronnen: CNN, www.indexmundi.com, Royal Geographical Society - Geography in the News (rgs.org), aardrijkskunde.pleio.nl/news/


Bron: www.indexmundi.com,
Een toekomstbeeld van de bevolkingssamenstelling in Japan, als de huidige trend wordt voortgezet. Niet eens zoveel minder 65 plussers t dan 15-64-jarigen en wel heel weinig jongeren in 2115.

Bevolkingsdichtheid in Japan. De pijl geeft de ligging van de metropool Tokio aan.